De vele verhalen van ‘Het Land van Gastel’
Onlangs verscheen in het populair-wetenschappelijk tijdschrift over Brabantse geschiedenis en erfgoed ‘InBrabant’ een interview over het jubileumjaar van Heemkundekring ‘Het Land van Gastel’ door René Hermans en Theo Cuijpers:
Aan tafel met Frans van Merriënboer (links) en Kees Rademakers (rechts) (Foto: René Hermans, 2021)
Heemkundekring ‘Het Land van Gastel’ bestond in 2020 veertig jaar. Een draaiboek vol plannen lag gereed om de leden van de kring, de Gastelse bevolking en de regio West-Brabant van een scala aan activiteiten te laten genieten. Niet dus! Corona gooide roet in het eten. Wij schuiven op ruim anderhalve meter afstand van elkaar aan tafel in ‘In de Drie Snoeken’ met medeoprichter, oud-voorzitter en redactielid Frans van Merriënboer (84) en eindredacteur en PR-man Kees Rademakers (79). Hoe is in Oud Gastel het jubileumjaar verlopen, wat zijn de verwachtingen voor de toekomst en wat betekent de kring voor de historie van het dorp?
Al bij binnenkomst in het pand aan de Dorpsstraat val je van de ene verbazing in de andere. Hoe komt een heemkundekring aan zo’n kolossaal pand en waar hebben ze die prachtige heiligenbeelden vandaan gehaald?
Maar eerst willen we natuurlijk weten hoe de kring het afgelopen jubileumjaar heeft ervaren. ,,We hadden grootse plannen, niet alleen voor de jubileumviering, maar ook om 75 jaar bevrijding van de gemeente Halderberge gezamenlijk met de andere heemkundekringen in de gemeente aan te pakken. In mei 2020 zou er een grote tentoonstelling starten met foto’s, militaire objecten, kaarten en videopresentaties”, zegt Kees Rademakers. Maar niets van dat alles. ,,Van de weeromstuit zijn we toen maar een videocollage met muziek gaan maken waarbij we de ‘Glosters’, de troepen die Oud Gastel en Stampersgat bevrijd hebben, zijn gevolgd vanaf Bretagne tot aan Willemstad. Samen met Piet Peeters en Richard Tak hebben we een mooie productie gemaakt, die iedereen op onze website kan bekijken. In drie dagen wilden we de presentatie klaar hebben, maar het werden drie weken.”
Alle activiteiten in het kader van het veertigjarig jubileum werden vervolgens doorgeschoven naar 2021. De presentatie van het jaarboek, die traditiegetrouw in de eerste week van het nieuwe jaar plaatsvindt, werd ook doorgeschoven. ,,Onze voorzitter, Leo van Leengoed, heeft die presentatie nu aangekondigd voor Beloken Pasen. Op 18 april gaat dat in de Sint-Laurentiuskerk in het dorp gebeuren. Die kerk is niet zo maar gekozen, want de bijzondere schilderingen in de kerk staan centraal in een artikel in het jaarboek.
Stellingbouwers, schilders en poetsdames
In de periode tussen 1976 en 1980 worden de schilderingen in de Sint-Laurentiuskerk gerestaureerd. Pastoor W. van Dam is bang dat als er niets aan gedaan wordt ze in de toekomst achter een laag pleisterwerk zullen verdwijnen.
In parochieblad de ‘Laurentiusklok’ legt hij zijn plannen uit en via collectes en giften probeert hij geld bijeen te brengen. Achter de schermen maakt hij de inwoners van Oud Gastel warm voor zijn plannen. En dat lukt, want veel vrijwilligers steken de handen uit de mouwen. Er worden stellingen gebouwd en huisschilders, die ook opgeleid zijn tot decoratieschilder, gaan aan de slag, terwijl ‘poetsdames’ alles weer schoon maken als een deel van het werk gereed is. In het kerkblad doet de pastoor verslag van het vorderen van de werkzaamheden. Namen noemt hij niet, maar hij heeft het steeds over ‘stellingbouwers, schilders en poetsdames’.
Vier jaar duurt de opknapbeurt, maar daarna ziet het interieur van de kerk er weer piekfijn uit.
Tweede heemkundekring in Oud Gastel
Frans van Merriënboer, de eerste voorzitter van de kring, is een wandelende Gastelse encyclopedie. Niet alleen over de kring weet hij alle ins en outs, maar ook van het dorp en de historie.
De huidige heemkundekring is niet de eerste. Voor de Tweede Wereldoorlog is er een kring actief onder de naam ‘Sint Laurens’. Dat is een vereniging voor de meer gegoede burgers. Maar in 1942 wordt die op last van de Duitse bezetters ontbonden. ,,In 1945 is de draad weer opgepakt, maar dat waren losse activiteiten en langzaam is de kring doodgebloed. Wel bleef broeder Théophile Nijman, de stichter van de schippersschool, actief en hij verzamelde van alles over Gastel. Die schippersschool had hij in 1955 persoonlijk in het leven geroepen. Toen ik afstudeerde als onderwijzer ben ik daar gaan werken en we kregen alles wat Théophile verzameld had met de opdracht om dat verder uit te zoeken. Dat was eigenlijk de directe aanleiding om in 1980 een nieuwe kring van de grond te krijgen die voor iedereen toegankelijk was,” herinnert Frans van Merriënboer zich.
Eigenlijk wilde de redactie van het jaarboek dat Frans de geschiedenis van de kring op papier zou zetten, maar met zijn 84 jaar zag hij het niet zitten om literatuuronderzoek te doen. ,,We hebben toen gekozen om losse herinneringen op papier te zetten en Frans heeft zes schitterende verhalen geschreven,” vertelt Kees Rademakers.
In die verhalen zit natuurlijk de zwerftocht van de kring op zoek naar ruimte voor de collectie die steeds maar groeide. Eerst op de zolder van de schippersschool, later op de zolder van het broedershuis en tenslotte het huidige pand aan de Dorpsstraat.
De kring koopt een café
Daar zit natuurlijk een verhaal aan vast, want in het pand zat café ’In de drie snoeken’. De uitbater ziet dat het bezoek aan zijn café steeds verder terugloopt en laat weten er een punt achter te zetten. Een tijdlang staat het pand leeg, maar als de heemkundekring weg moet op de zolder van het broedershuis gaat raadslid Frans van Merriënboer op bezoek bij burgemeester Jan Berkhout en dringt er op aan dat de gemeente het pand koopt om er de heemkundekring onder te brengen. ,,De burgemeester zag daar geen heil in, maar raadde aan dat de kring het zelf zou kopen en de gemeente zou dan zorgen voor subsidie, zodat de rente en aflossing konden worden betaald.”
Die aankoop gaat niet vanzelf, maar na onderhandelen met de bierbrouwerij en financiële injecties van de broeders en de Rabobank wordt het pand voor een ton eigendom van de kring. Vrijwilligers gaan vol enthousiasme aan de slag en knappen het pand op en zorgen er voor dat ‘Het Land van Gastel’ een prachtig onderkomen krijgt compleet met een museumruimte, verschillende archiefruimten, een ruimte voor lezingen en een in kardinaalrood geschilderde vergaderruimte met de mogelijkheid voor werkgroepen om er aan de slag te gaan.
In die ruimte kan het trouwens niet mis gaan, want heiligen, kruisbeelden en beeldengroep houden de beraadslagingen en activiteiten nauwlettend in de gaten! Een deel van die beelden is afkomstig uit de Sint-Laurentiuskerk van voor 1905. Op die manier is de sfeer gecreëerd van het religieuze leven in het dorp.
Door de bovenwoning te verhuren, is er bovendien een maandelijkse vaste inkomstenpost voor de kring.
Museum
Het museum probeert zich in eerste instantie te richten op echte Gastelse voorwerpen. Kaarten van het dorp en omgeving, een fotocollectie en ansichtkaarten en collecties voorwerpen die geschonken werden door stoppende ambachtslieden. Zo staat er een collectie zadelmakergereedschap, een raam met opschrift van de plaatselijke bakkerij en een complete café-inrichting. ,,De gemeente Oud en Nieuw Gastel telde vroeger meer dan honderd cafés. Veel van de herbergen bestonden uit een voorkamer van een woonhuis en de vrouw des huizes zorgde voor de drank, terwijl de mannen elders aan het werk waren om de kost te verdienen,” herinnert Van Merriënboer zich uit zijn jeugd. Inmiddels is bijna alle horeca uit Oud Gastel en Stampersgat verdwenen.
In het museum kunnen bezoekers op zaterdagochtend van 10.00 tot 12.00 uur terecht, maar het afgelopen jaar was dat onmogelijk vanwege het COVID-19-virus. Ook de werkgroepen legden maar mondjesmaat activiteiten aan de dag.
Net als veel Brabantse kringen zijn er verschillende werkgroepen actief. Vooral de werkgroep ‘Inrichting’ is erg belangrijk, want daar zitten de vakmensen in die zorgen voor het onderhoud van het gebouw en de bovenwoning. De redactiecommissie verzorgt de inhoud en de opmaak van het jaarboek. De kring telt ook een fotogroep, een reiscommissie, een genealogiewerkgroep, die zich tevens bezighoudt met bidprentjes, een expositiegroep en natuurlijk een werkgroep die actief is met de website en de facebookpagina ‘Gastels Trots’.
Joodse kinderen doken onder in Oud Gastel
Verhalenverteller Frans van Merriënboer dist tijdens het gesprek het ene verhaal na het andere op. Zo ook van Joodse kinderen die in de Tweede Wereldoorlog in Oud Gastel verbleven. Dat die zes Joodse kinderen ondergedoken zaten in Oud Gastel was tot voor kort volledig onbekend.
Frans van Merriënboer krijgt op een bepaald moment het verhaal te horen en gaat op zoek naar gegevens over kinderen uit Oost- en West Souburg die in Oud Gastel werden opgevangen in Jeugdhuis Sint-Lutgardis aan de Kerkstraat. ,,Dat was via de parochie geregeld en zuster Helena Dop leidde het jeugdhuis en kreeg daarbij hulp van vrijwilligsters uit het dorp. Van mei 1943 tot januari 1945 waren de kinderen er. Dat er zes Joodse kinderen onder de vluchtelingen waren, was maar bij een enkeling bekend,” vertelt Van Merriënboer. Voor een artikel in het jaarboek doet hij een oproep en mevrouw Cor Ernest reageert, want zij was vrijwilligster in de oorlog in het ‘Zwaluwnest’, zoals het kindertehuis dan wordt genoemd.
Dat de Zeeuwse kinderen in Oud Gastel terecht komen, komt door de Duitsers. Die evacueren deze kinderen en betalen ook voor de opvang. ,,De Duitsers hadden de jeugdige vluchtelingen onder een aantal gemeenten verdeeld en zo moest Oud Gastel er een stuk of twintig opvangen. De Joodse kinderen werden van elders uit het land, buiten medeweten van de Duitsers uiteraard, daar aan toegevoegd. Toen ze kwamen waren die nog erg jong,” ontdekt Frans van Merriënboer.
Vrijwilligster Cor Ernest weet alle namen nog en zo komt Van Merriënboer op het spoor van de Amsterdamse internist Joop Stork die er samen met zijn zus Loes verbleef. Ook Kees Kolthoff, later Tweede Kamerlid voor de PvdA, verbleef in die periode in Oud Gastel. Alle zes de Joodse kinderen overleefden de oorlog.
,,Cor vertelde ook nog dat als de Duitsers aan de deur kwamen zij met de Joodse kinderen moest gaan wandelen in de Dreef achter het kindertehuis. In BNDeStem van 31 december 2020 schreef journalist Wim van de Broek over de Joodse kinderen. De foto bij het artikel waar de kinderen met zuster Dop op te zien zijn, is een van de zeldzame foto’s van de onderduikers, want aan het maken van dit soort foto’s zaten natuurlijk risico’s. In dit geval is het gelukkig goed afgelopen. De foto is ondergebracht in de collectie van het Joods Historisch Museum.
Jeugd en jongeren
Met het Jet & Jan-project proberen de leden van de scholenwerkgroep de kinderen van de basisscholen kennis te laten maken met het leven van kinderen in 1910. Uit de hele gemeente Halderberge, een samenvoeging van de gemeenten Oud en Nieuw Gastel, Oudenbosch en Hoeven, komen jaarlijks kinderen van tien scholen naar ‘In de Drie Snoeken’ om er kennis te maken met de jeugd van hun (over)grootouders: hoe werd de was gedaan, wat voor spelletjes speelden de kinderen toen en hoe ging het er in de gezinnen aan toe?
,,De kinderen zijn enthousiast en vinden het erg leuk. Jammer genoeg haken er soms groepen af en dat heeft dan vooral te maken met het feit dat er te weinig ouders te krijgen zijn om de kinderen naar het museum te brengen”, zegt Rademakers.
Jongeren warm maken is helemaal moeilijk. Vandaar dat de Facebookpagina ‘Gastels Trots’ die beheerd wordt door Richard Tak probeert om jongeren warm te maken voor het verleden. Toch blijkt dat niet zo eenvoudig. De pagina wordt wel goed bekeken en er verschijnen veel reacties bij de foto’s, maar nieuwe leden en vrijwilligers van jonge leeftijd heeft dat nog niet opgeleverd. Ooit waren er 300 personen lid van ‘Het Land van Gastel’, maar in de loop van de jaren is dat gezakt naar 175. Toch ziet de toekomst van de kring er goed uit, want zowel bestuur als leden blijven er hun schouders onder zetten en ook het museumpand ziet er goed uit en mocht zich tot de coronacrisis in veel belangstelling verheugen.
Kaders
Er zijn hier mensen in ons dorp…
Eén van de verhalen van Frans van Merriënboer gaat over pastoor W. van Dam. Hij neemt destijds het initiatief om een eigen kerkblad uit te geven met daarin ook het nieuws van verenigingen.
Het is een populaire persoon die veel voor het dorp doet. Hij neemt echter geen blad voor de mond en schroomt niet om op de preekstoel mensen rechtstreeks aan te spreken. Als hij zijn preek begint met de zin: ,,Er zijn hier mensen in ons dorp…”, dan gaat iedereen in de kerk recht zitten, want dan komt er altijd wel een smeuïg verhaal. Zo houdt hij een keer een betoog over nylonkousen die in zijn visie niet door vrouwen gedragen mogen worden en spreekt hij wethouder Vrolijk voor een volle kerk aan op een artikel dat hij als correspondent voor de regionale krant heeft geschreven.
De heemkundekring is nog steeds blij met de geestelijke, want hij heeft alle jaargangen van het parochieblad ‘Laurentiusklok’ bewaard en in laten binden.
Frans van Merriënboer vraagt regelmatig om die collectie aan de heemkundekring te schenken. ,,Ze bevatten een schat aan gegevens en als ze naar de abdij gaan, verdwijnen ze waarschijnlijk bij het oud papier”, gaf Van Merriënboer steeds bij de priester aan. Na een aantal keer ‘zeuren’ krijgt hij ze toch mee en nog steeds wordt in artikelen in het jaarboek van de vereniging het blad als bron vermeld.
Gastelse Kaart
In 1565 tekenden Cornelis Pieterszoon en Jan Symonszoon de zogenaamde Gastelse Kaart. Die kaart berust nu in het Abdijarchief van het Sint-Bernardsklooster in België.
De heemkundekring uit Oud Gastel heeft jarenlang, zonder het te weten, een kopie van deze kaart! In maart 2018 wordt de archiefruimte van de heemkundekring opgeruimd en daartoe moet een stellingkast van zijn plaats. Uit een tot op dat moment onbereikbare hoek komt een kaartenrol tevoorschijn. De vrijwilligers staan voor een raadsel en in plaats van verder op te ruimen, gaat alle aandacht uit naar de kaart.
Het blijkt een kopie van 150 bij 150 centimeter te zijn van de eerder genoemde Gastelse Kaart. De kopie is in 1907 door Frans Akkermans gemaakt in de abdij. In de rol zit bovendien nog een kleinere kopie die Akkermans in 1936 van zijn kaart uit 1907 maakte.
Niemand heeft enig vermoeden hoe de kaart ooit bij de heemkundekring terecht is gekomen, terwijl er toch leden zijn die aan de wieg van de heemkundekring gestaan hebben.
Het zijn unieke stukken, maar ze zijn door de ‘tand des tijd’ flink aangetast en moeten nodig gerestaureerd worden. Door bemiddeling van Jeroen Grosfeld en Dick van Zuilichem van De Mastboom Brosens-stichting en met subsidie van die stichting kunnen de kaarten hersteld worden en die zijn nu de blikvangers in het museum van ‘Het Land van Gastel’.
Info
Meer informatie over ‘Het Land van Gastel’ is te vinden op de website www.heemkundekringhetlandvangastel.nl .
De kring heeft ook een eigen Facebookpagina en daarnaast is er de Facebookpagina ‘Gastels Trots’. De videopresentatie van de bevrijding is te vinden op de website door onder het kopje ‘actualiteiten’ te kiezen voor het item ‘Heemkundekring herdenkt 75 jaar bevrijding van Gastel’.
Recente reacties